Windows Virtual PC is een aanvulling op Windows 7. Meer over Virtual PC en Windows XP Mode zelf in de tip: Virtual PC en Windows XP Mode. Naast deze standaard Windows XP installatie kun je ook zelf net als met Virtual PC 2007 gewone virtuele installaties aanmaken. Zodoende kun je nieuwe installaties maken van bijvoorbeeld Windows 7 om mee te testen of van Windows Vista. Ook hierbij geld dat geinstalleerde programma's in de virtuele installatie ook beschikbaar komen onder Windows 7, mits de integratie functies zijn ingeschakeld.
Om een eigen installatie te maken navigeer dan naar de map met de virtuele machines. Deze vindt je door naar Start te gaan en te klikken op je gebruikersnaam. In het venster dat opent staat dan een map met "Virtuele machines", klik hierop. Je komt dan in de map met een overzicht van alle virtuele installaties. Klik dan bovenin in de werkbalk op de knop "Virtuele Machine maken" waarna de wizard opent.
In het eerste venster wordt dan een naam voor de installatie gevraagd met daaronder de locatie waar de installatie wordt opgeslagen. Klik dan op volgende. Vervolgens vul je het werkgeheugen in. Daaronder de optie die standaard aangevinkt staat om de netwerkconnecties van de 'echte' computer te gebruiken. Zodoende heb je met de virtuele installatie ook gewoon toegang tot internet.
In het scherm wat vervolgens volgt wordt een virtuele harde schijf gecreeerd met als eerste de naam en daaronder de locatie. Standaard staat de optie dynamisch uitbreidbare virtuele harde schijf aangevinkt. Dit houdt in dat de harde schijf qua ruimte wordt uitgebreid naargelang dit nodig is.
Echter is het verstandiger om een schijf te maken die al een vaste grootte heeft. Dit doe je door op de optie eronder te klikken 'Creer een virtuele schijf met geavanceerde opties'. Klik dan op volgende en kies voor "Vaste grootte". In het scherm dat volgt geef je een naam voor de schijf met daaronder een locatie, beide al standaard ingevuld.
Druk op volgende en geef de grootte voor de harde schijf aan, voor Windows Vista en Windows 7 is bijvoorbeeld minimaal 16 GB vereist. De virtuele machine wordt dan aangemaakt. Klik dan met de rechtermuisknop op de net aangemaakte virtuele machine en klik op Instellingen.
In het venster dat opent ga naar DVD station. Selecteer hier dan een ISO bestand als je hierover beschikt of maak de keuze voor "Een fysiek station openen" om gebruik te maken van je eigen DVD speler. Eventueel kun je hier nog andere instellingen wijzigen, klik anders onderaan op OK.
Plaats dan een installatie CD of DVD en start met de installatie van het besturingsysteem zoals je dit anders ook zou doen met een gewone computer. Zodra je met de muis klikt in de virtuele installatie wordt de muis hierin opgenomen en kom je met de muis niet direct weer terug in Windows 7. Het loskoppelen van de muis uit de virtuele machine door je met de sneltoets combinatie 'Ctrl + Alt + Pijl links'.
Zodra je eenmaal de installatie hebt afgerond is het nog benodigd dat je aanvullende tools installeert. Dit doe je door bovenin in het menu van de virtuele installatie te gaan naar 'Extra' en te kiezen voor 'Integratieonderdelen installeren'. Zodra je hierop hebt geklikt komt in de virtuele machine de installatie gestart. Doorloop deze geheel en herstart uiteindelijk de virtuele machine. Het installeren hiervan zorgt er onder andere voor dat je met de muis vrij kunt bewegen tussen Windows 7 en de virtuele installatie. Verder kun je voor virtuele Windows 7 installaties hierdoor het Aero thema inschakelen mits je eigen computer dit ook ondersteunt.
Opties van de virtuele machine zijn aan te passen door bovenin naar Extra te gaan en te klikken op Instellingen. De meeste opties kunnen echter alleen gewijzigd worden als de virtuele machine uitstaat. Ook kun je de instellingen bereiken door naar de map met de virtuele machines te gaan, hier vervolgens te klikken op een machine met de rechtermuisknop en te kiezen voor Instellingen.
In deze instellingen kun je tevens je eigen harde schijf / schijven koppelen aan je virtuele machine. Dit doe je bij de instellingen naar Integratiefuncties te gaan. Aan de rechterkant selecteer je dan de partitie(s) die je beschikbaar wilt maken in de virtuele installatie.
Een andere instelling is het instellen wat er moet gebeuren bij het afsluiten van een installatie. Dit stel je in onder "Sluiten". Hier kun je ervoor kiezen om de virtuele machine geheel af te sluiten zodra je op afsluiten klikt of juist de installatie in de sluimerstand te zetten. Ook kun je ervoor kiezen om altijd te laten vragen wat er moet gebeuren.
Bron: WebSonic
Geen opmerkingen:
Een reactie posten